Ga snel naar...
Een moestuin kan niet zonder mest. Met te weinig voeding groeien je keukenplanten slecht. Om te beginnen NPK-mest maar ook andere soorten mest mag je niet vergeten. Hier lees je alles over wat NPK-mest precies is, en welke stofjes jouw keukenplanten nodig hebben!
Dus wat betekent NPK precies? En hoe zien deze stofjes er eigenlijk precies uit?
Wat is NPK mest?
Meststoffen bevatten elementen. Elementen zijn bouwstenen waaruit alles dat wij kennen is opgebouwd, dus ook planten. Als je nieuwsgierig bent, het periodiek systeem bevat alle elementen die de mens kent. Elk element heeft een symbool, de naam van het element als afkorting.
Ook planten bestaan uit een aantal elementen. Deze elementen nemen ze vooral op via de wortels, uit de grond. De belangrijkste elementen die planten opnemen hebben de symbolen (afkortingen) N, P en K. Deze letters staan voor Nitrogen (stikstof), Phosphorus (fosfor) en Kali (kalium).
Daarnaast is ook Mg (magnesium) en nog veel meer nodig. Verderop lees je alles over de elementen van planten, en welke mest je geeft om die stofjes aan te vullen.
Misschien leuk om te weten:
Elementen reageren met elkaar en maken weer nieuwe stofjes die we "verbindingen" noemen. De meeste elementen vinden we terug in verbindingen, dus niet puur. Een voorbeeld hiervan is water, dat we allemaal kennen als H2O. Een verbinding van waterstof (H van Hydrogen) en zuurstof (O van Oxygen).
Dieren laten urine achter in de natuur, waar ammoniak in zit. Ammoniak kennen we als NH3. Dat is een verbinding van stikstof (N van Nitrogen) met waterstof (H van Hydrogen).
En zo wordt heel snel duidelijk, hoe eigenlijk alles is opgebouwd uit deze elementen. Ook planten die (verbindingen van) elementen uit de grond nodig hebben, om te kunnen blijven groeien.
Hoe werkt NPK mest?
De meeste (verbindingen van) elementen komen van nature voor in de grond. In arme grond ontbreken ze soms. Als de grond er niet genoeg van heeft, dan moet je deze zelf toevoegen. De grond kan ook uitgeput raken, bijvoorbeeld als planten steeds dezelfde elementen eruit halen. Na een tijdje zijn deze stofjes dan niet meer aanwezig.
Je kunt voorkomen dat de stofjes opraken met wisselteelt. Je zet dan steeds andere keukenplanten op een stukje grond, die steeds andere elementen gebruiken. Ook het toevoegen van compost of mulch kan helpen. Al het organische materiaal bevat deze stofjes, die worden vrijgelaten in de grond.
Bemesten is de snelste manier om deze stofjes weer aan te vullen. Meststoffen bestaan voor een groot deel uit deze stofjes. Afhankelijk van het soort mest, zit er meer van het ene element in en minder van het andere. De meeste soorten mest zijn dierenuitwerpselen maar soms ook andere stoffen.
Op de verpakkingen van meststoffen staat vaak het percentage N-P-K aangegeven. Een meststof NPK 6-5-7 bevat dus 6% stikstof (Nitrogen), 5% fosfor (Phosphorus) en 7% kalium (Potassium). De overige 82% bestaat uit ander (organisch) materiaal. Soms staat er ook een deel magnesium bij. NPK 6-5-7 +3 bevat dan dus 3% magnesium.
Stikstof voor planten (N van NPK)
Puur stikstof is een gas. Vaak vinden we stikstof terug in verbindingen. Dus niet als puur gas. In principe heeft iedere plant stikstof nodig, maar sommige keukenplanten kan je beter iets minder geven. Stikstof zorgt namelijk voor aanmaak en groei van blad bij alle soorten planten.
Bladgroenten zoals kropsla en andijvie kweek je voor het blad. Het is dan handig om iets meer stikstof te geven. Vruchtgewassen zoals tomaatjes en paprika's mogen niet te veel blad maken, dat gaat ten koste van de vruchtkes. Deze keukenplanten geef je ook wel stikstof, maar wel minder.
Stikstof, de N van NPK, bevordert dus vooral de bladgroei. Planten die veel stikstof krijgen maken meer bladgroen en worden bossiger. Bij sommige planten wil je dat juist, bij anderen liever niet.
Fosfor voor planten (P van NPK)
Fosfor is een element dat essentieel is voor het leven. Bij planten en andere organismen komt het voor in verbindingen. Wit fosfor vliegt spontaan in de brand als het in aanraking komt met lucht. Rood, paars en zwart fosfor zijn relatief veilig. Écht puur fosfor komt eigenlijk nooit voor in planten.
Fosfaat of fosfor zorgt vooral dat blaadjes een groene kleur krijgen. Het zorgt ook voor de aanmaak van blad- en bloemknoppen, en versterkt deze ook. Fosfor is goed voor knoppen bij planten. Bij een tekort aan fosfor kan je plant minder goed gaan groeien omdat de knopjes niet goed ontwikkelen.
Een tekort aan fosfor of fosfaat komt niet zo snel voor als een tekort aan andere stofjes. Vruchtgewassen moeten bloeien en dus knoppen maken om vruchtjes te kunnen maken. Ze zijn dus afhankelijk van fosfor, ook wel fosfaat. Zonder fosfaat kan het dus zijn dat je geen vruchtjes kunt oogsten.
Fosfor, de P van NPK, bevordert dus vooral de ontwikkeling van knopjes. De stof is vooral verantwoordelijk voor vernieuwing. Nieuw blad, nieuwe bloemen en nieuwe wortels. Jonge planten nemen de meeste fosfor op, ook voor later.
Kalium voor planten (K van NPK)
Kalium is een zilverwit alkalimetaal. Bij contact met water vat het vlam en ontstaat waterstofgas. Kalium is essentieel voor planten. Er is ook een radioactieve isotoop (kalium-40) die bètastraling afgeeft. Dit is teruggevonden in bananen.
Foto van puur kalium:
Kalium versterkt de weerstand van je plant. Het zorgt voor een goede vochthuishouding en een sterk wortelstelsel. Kalium zorgt bij planten dat zij zich goed kunnen afweren, dus dat zij minder snel ziek worden. Veel niet-inheemse planten hebben kalium nodig, om beter bestand te zijn tegen ons koudere klimaat.
Kalium, de K van NPK, heet in het Engels "potassium" en vind je terug in vinassekali, lavameel en diverse andere meststoffen.
Kalium is dus vooral verantwoordelijk voor het sterker maken van de wortels, maar ook voor de algehele weerstand van je plant.
Andere elementen in planten
Naast het hierboven genoemde NPK (stikstof, fosfor en kalium), hebben planten nog meer voedingsstoffen nodig en vind je diverse sporenelementen terug in al je planten. Hieronder een lijst van de sporenelementen die je in je planten kunt terugvinden en wat de functies van deze sporenelementen zijn:
-
Koolstof (C) is waaruit de plant in de basis is opgebouwd. Het is van nature in de lucht aanwezig en hoeft niet specifiek te worden toegediend.
Foto van puur koolstof:
-
Waterstof (H) is een belangrijk element voor je plant. Als je het goed doet geef je dit in principe altijd al aan je planten, namelijk in de vorm van water.
-
Zuurstof (O) zit van nature in onze lucht en hoef je niet specifiek aan je plant te geven. De wortels van de plant nemen dit op.
-
Magnesium (Mg) zorgt vooral voor de opname van (zon)licht en diverse chemische reacties in de plant. Magnesium wordt regelmatig aan coniferen gegeven, maar ook wel eens aan andere planten die dit nodig hebben. Het wordt vooral gebruikt in de vorm van magnesiumpoeder dat je aan je planten kunt geven. Bananenschillen zijn rijk aan magnesium, maar ook as van verbrand hout bevat magnesium. Afhankelijk van het soort hout waar de as van afkomstig is, zit er soms meer of juist minder magnesium in de as.
-
Calcium (Ca) draagt bij aan de opname van voedingsstoffen door je plant, via de wortels. Je kunt het terugvinden in sommige soorten mestvoeding maar ook in bananenschillen, eierschalen en kalk in korrelvorm. Kalk draagt in hoge mate bij aan de opname van voedingsstoffen.
Foto van puur calcium:
-
Zwavel (S) werkt in combinatie met stikstof aan de vorming van eiwitten in de plant, die belangrijk zijn voor de groei van de plant. Eiwitten zijn bouwstenen waarmee planten door kunnen groeien.
Dit kennen we vooral van vulkaanuitbarstingen. Het is een dubbelzijdig element. Essentieel voor levende organismen maar ook zeer giftig in bepaalde verbindingen.
-
Ijzer (Fe) draagt bij aan de "ademhaling" van de plant en daarmee de transport van elementen naar de juiste plek in je plant. Ijzer mag nooit te veel worden gegeven, dit is enkel nadelig voor je plant. Je hoeft ijzer zelden extra toe te dienen omdat het van nature aanwezig is in de bodem en het verterende plantenmateriaal van compost, het is aanwezig in as van alle soorten verbrand hout.
Foto van puur ijzer:
-
Mangaan (Mn) draagt bij aan een goede stofwisseling en celdeling van de plant. Het is dus één van de elementen die de groei bevordert. Van nature is mangaan te vinden in vrijwel alle soorten mestvoeding en compost. Mocht je onverhoopt toch genoodzaakt zijn om een tekort aan te vullen, dan is mangaan ook terug te vinden in bananenschillen en as van verbrand hout.
Foto van puur mangaan:
-
Zink (Zn) is vooral bij jonge planten of planten die nog veel moeten groeien, nodig voor de aanmaak van groeihormonen en draagt hierdoor bij aan de groei van de plant.
Foto van puur zink:
-
Borium (B) is een belangrijk element dat voornamelijk nodig is voor de transport van voedingsstoffen door de hele plant. Een tekort aan borium is vrijwel nooit aan te vullen, omdat het dan vaak al te laat is. Een tekort aan dit element komt altijd na een (langdurig) tekort aan andere voedingsstoffen. Borium is van nature aanwezig in alle soorten mestvoeding, compost en in de bodem.
Foto van puur borium:
-
Molybdeen (Mo) wordt door de plant gebruikt om stikstof te verwerken. Het is van nature aanwezig in alle soorten compost, mestvoeding en in de bodem. De opname van molybdeen kan worden verbeterd door kalk te strooien rondom je plant.
Dit is een zwaar metaal dat essentieel is voor levende organismen.
-
Koper (Cu) zorgt voor de versteviging van celwanden en draagt hierdoor bij aan de structuur van een plant.
Foto van puur koper:
-
Silicium (Si) werkt samen met kalium aan de weerstand van de plant. Het beschermt de plant tegen ziektes en schimmels en zorgt dat de plant hier tevens minder vatbaar voor wordt. Het maakt de plant over het algemeen ook steviger. Het gehalte silicium in de bodem kan worden verhoogd door het toevoegen van compost waar heermoes in zit verwerkt.
-
Kobalt (Co) is nodig voor de transport van suikers door de vaten in de plant. Daarnaast is het voor de koolhydraatstofwisseling. Kobalt draagt tevens bij aan het binden van stikstof en is dus essentieel voor veel planten. Vooral vlinderbloemigen hebben dit nodig. Het komt van nature voor in vrijwel iedere bodem en in elke meststof.
-
Natrium (Na) is een belangrijk element dat zorgt voor de vochthuishouding van een plant. Voor het gelijkmatig transporteren van vocht door de plant is natrium dus een vereiste. Het komt van nature voor in vrijwel iedere bodem en in elke meststof.
-
Chloor (Cl) draagt ook bij aan de vochthuishouding van een plant. Het komt van nature voor in vrijwel iedere bodem en in elke meststof, maar spoelt snel uit bij zandgrond en andere losse grondsoorten. Veel graansoorten en wortelgewassen (met name bieten) zijn sterk afhankelijk van chloor in de bodem.
Dit is een zeer giftig element, dat je alleen in levende organismen kunt vinden in bepaalde verbindingen. Deze verbindingen zijn essentieel.
-
Jodium (I) of jodium draagt indirect bij aan de algemene groei en ontwikkeling van de plant, hoewel de werking niet geheel bekend is. Het komt van nature voor in vrijwel iedere bodem en in elke meststof.
-
Aluminium (Al) heeft het meeste effect op zure grondsoorten. Het kan de plek van fosfaat, calcium en magnesium innemen bij je plant en hiermee een tekort aan deze stoffen veroorzaken. Bij sommige planten heet het een goede invloed op de groei maar het is geen vereist element. Het komt van nature voor in vrijwel iedere bodem en in elke meststof.
Foto van puur aluminium:
Hoe kies ik de juiste mest?
Onze zaaikalender staat vol met adviezen voor meststoffen voor je planten. Je hoeft niet exact die waarden aan te houden, het gaat namelijk om de verhoudingen. Als een plant heel veel voeding nodig heeft, is het makkelijker om mest te kiezen met hoge percentages. Daar hoef je minder van te geven.
Het gaat dus vooral om de verhoudingen. Hieronder staan meer voorbeelden over de verhoudingen die je per groep planten kunt gebruiken.
Verhoudingen per groep planten
Volgens de wisselteelt kan je een bepaalde verhouding meststoffen aanhouden voor iedere groep met planten. Let op, het gaat over verhoudingen en dus niet over exacte percentages! Een verhouding van 1-1-2 kan bijvoorbeeld ook een NPK 4-4-8 meststof zijn, omdat de verhouding hetzelfde is.
Bladgewassen: 1-1-1 - Ze hebben voeding nodig, maar met mate. Kies dus vooral middelhoge NPK-percentages.
Vruchtgewassen: 1-1-2 - Ze hebben relatief veel voeding nodig. Kies dus middelhoge tot hoge NPK-percentages.
Wortelgewassen: 1-1-4 - Afhankelijk van het soort wortel- of knolgewas, kies je hoge of juist lage NPK-percentages.
Koolgewassen: 2-2-3 - Ze hebben zeer veel voeding nodig, dus kies je altijd zo hoog mogelijke NPK-percentages.
Peulgewassen 1-1-4 - Ze hebben in principe weinig voeding nodig, dus de NPK-percentages mogen zeer laag zijn.
Overigens kunnen sommige planten hiervan afwijken. Over het algemeen komen deze verhoudingen sterk overeen.
Hoeveel mest moet ik geven?
Dit is een voorbeeld! Stel dat je in onze zaaikalender het advies NPK 6-8-4 ziet staan voor een plant. De ideale meststof heeft dan die exacte waarden, maar misschien bestaat 6-8-4 niet. De meeste advies-meststoffen zullen niet bestaan in exact die verhoudingen. Dan kies je dus een andere meststof. Vooral de verhouding is hierbij belangrijk.
Als je in plaats van 6-8-4 een meststof neemt met de waarden NPK 3-4-2 dan is dat ook prima. De verhouding is hetzelfde, alleen zit er de helft in van de benodigde voeding. Je geeft dan het liefste wel twee keer zo veel aan je planten. Zo komen zij toch aan de benodigde hoeveelheid. Er zit dan ook twee keer zo veel organische stof bij maar dat is niet erg.
Welke NPK-mest is geschikt?
Mocht je zelfs de juiste verhouding niet kunnen vinden, kijk dan naar de hogere en lagere waarden. Bij de meststof NPK 6-8-4 (zelfde voorbeeld) zie je dat er gemiddeld stikstof (6) in zit. Verder zie je veel fosfaat (8) en weinig kalium (4). Kies dan een meststof, waarbij óók fosfaat hoog is, kalium laag en stikstof ergens daar tussenin zit.
Bij gebrek aan beter zou je dus in plaats van 6-8-4, óók NPK 5-7-3 kunnen kiezen, als deze zou bestaan. 5-7-3 heeft niet dezelfde verhouding, maar wel dezelfde eigenschappen. Deze bevat gemiddeld stikstof (5), veel fosfaat (7) en weinig kalium (3). Precies zoals de meststof uit het voorbeeld.
Zo kan je dus ook kiezen voor meststoffen met meer of minder van een bepaalde stof, als dat gewenst is. In de moestuin is dat helemaal oké. Je planten gaan niet opeens dood als je je niet aan het advies houdt. Probeer gerust zelf van alles uit!
Welke meststoffen zijn er?
De keuze aan meststoffen is gigantisch, maar welke meststoffen zijn er allemaal? En wat zijn de voordelen van de ene meststof ten opzichte van de andere? Een keuze hierin maken is vaak lastig, omdat je in de moestuin met veel verschillende planten te maken hebt. Hier lees je per soort meststof wat de voor- en nadelen zijn. Dit helpt je bij het maken van de juiste keuze voor je moestuin.
Overigens kan je bij een plant in pot heel nauwkeurig bepalen welke meststof die krijgt. In de vollegrond wordt dit snel lastiger, omdat er ook andere planten bij staan die weer andere behoeften hebben. Kies dus een meststof die enigszins in de buurt komt.
Vloeibare plantenvoeding
Wat zijn de voordelen van vloeibare plantenvoeding? Vloeibare plantenvoeding is snelwerkend, oplosbaar in water en hierdoor makkelijk te gebruiken. Omdat je het in water oplost hoef je maar één handeling uit te voeren om je planten water te geven èn te bemesten. Vloeibare voeding komt direct in de bodem terecht. Eventuele tekorten bij je planten worden hierdoor direct aangevuld.
Wat zijn de nadelen van vloeibare plantenvoeding? Vloeibare plantenvoeding is zeer geconcentreerd. Je loopt dus een verhoogd risico op overbemesting. Een te sterke bemesting is ook niet goed voor je planten. Je moet vloeibare mestvoeding met regelmaat geven. De werking ervan is maar van korte duur, doordat deze snelwerkend is. Eenmaal in de bodem dan wordt het snel opgenomen of uitgespoeld.
Meststof in korrelvorm
Wat zijn de voordelen van meststoffen in korrelvorm? Mestkorrels zijn langwerkend en voorzien de bodem dus voor een langere periode. Je hebt er dus bijna geen omkijken naar. Meststoffen in korrelvorm laten gedurende een lange periode langzaam voedingsstoffen los. Mestkorrels zijn niet geconcentreerd. Hierdoor is het risico op overbemesting in principe helemaal niet aanwezig.
Wat zijn de nadelen van meststoffen in korrelvorm? Je kunt er niet snel een tekort mee herstellen. Mestkorrels hebben tijd nodig om in te werken. Dit kan je overigens versnellen door de mestkorrels licht in te harken, en door ze te strooien vlak vóór het water geven. Omdat meststoffen in korrelvorm niet geconcentreerd zijn, heb je er vaak ook meer van nodig. Een pak van 1,5 KG is hierdoor snel leeg.
(Gedroogde) koemestkorrels
Wat zijn de voordelen van (gedroogde) koemestkorrels? Gedroogde koemestkorrels zijn een geweldige bodemverbeteraar. Het maakt de bodem luchtiger en beter doorlaatbaar. Dit is met name handig als je op stevige kleigrond probeert te kweken. Het ruikt bovendien alsof je op het platteland zit, naar echte mest dus. Het maakt de bodem ook zeker een stuk voedzamer. Koemestkorrels zijn een geweldige aanvulling.
Wat zijn de nadelen van (gedroogde) koemestkorrels? Hoewel ze een geweldige bodemverbeteraar zijn, bevatten koemestkorrels vaak niet genoeg voedingsstoffen voor de moestuin. Ze dienen slechts ter aanvulling en het is een extra stap, naast de gewone bemesting. Koemestkorrels zijn vaak rijk aan stikstof, maar je weet nooit met zekerheid wat er precies in zit in exacte NPK percentages. Je zult moeten bijbemesten.
Verse (ongedroogde) stalmest
Wat zijn de voordelen van verse (ongedroogde) stalmest? Verse stalmest wordt vaak door boeren over het land gespoten. Dat is met een reden, want het zit boordevol voedingsstoffen. Mits op het juiste moment toegepast, kan je er een behoorlijke moestuin op laten groeien. Stalmest is een bron van fosfor, wat vooral voor jonge planten erg goed is. Dit hebben de planten nodig om zich ook later te ontwikkelen.
Wat zijn de nadelen van verse (ongedroogde) stalmest? Verse (ongedroogde) stalmest moet inwerken. In pure vorm is dit simpelweg te sterk voor je planten. Je moet stalmest op het juiste moment gebruiken, ongeveer rond het einde van de herfst. Tegen de tijd dat het voorjaar is aangebroken, zijn de voedingsstoffen pas verspreid in de bodem. Tot die tijd kan je de grond bijna niet gebruiken.
Wat is de beste mest voor de moestuin?
Er is niet één mestsoort die goed is voor al je planten. Elk plantje heeft eigen behoeften. Een algemene moes- en kruidentuin meststof is geschikt voor de meest gekweekte groenten, fruit en kruiden. Het is natuurlijk niet ideaal voor elk plantje, maar het is een soort "gemiddelde" van de meest gekweekte planten in een moestuin.
Wanneer je verschillende planten in de vollegrond hebt staan, kan je natuurlijk niet elk plantje een eigen meststof geven. De meststoffen spoelen uit door de hele bodem en komen ook bij de buurplantjes terecht. Bij planten in pot kan je een stuk beter bepalen wat er in de grond terecht komt. Je kunt dan zelf een NPK-samenstelling maken.
Om het jezelf makkelijk te maken, kan je wisselteelt gebruiken (lees ook: alles over wisselteelt). Je kweekt dan alle planten met (ongeveer) dezelfde behoeften in één vak. Zo hebben bladgroenten zoals kropsla en andijvie, graag veel meer stikstof dan andere stoffen. Door ze bij elkaar te zetten kan je ze allemaal dezelfde mest geven.
- Gemaakt: 19-04-2021
- Bijgewerkt: 18-12-2024
- Eloy M. Gotjé
Meer lezen?
Wat is wisselteelt?
Wisselteelt is een manier van telen waarbij je ieder jaar de gewassoorten doorschuift naar het volgende vak. Zo komt niet ieder jaar hetzelfde gewas op hetzelfde stuk grond te staan. Hiermee wordt..
Lijst met koolsoorten moestuin
Koolgewassen zijn een groep planten binnen de wisselteelt in de moestuin. Het is voor koolgewassen of koolsoorten kenmerkend dat ze nogal kolossaal kunnen groeien. Hierdoor hebben koolsoorten in d..
Stikstof voor planten
Stikstof bevordert de aanmaak en ontwikkeling van het blad van planten. Veel stikstof zorgt voor bossige planten met veel blad en grotere bladstelen en stengels. Te weinig stikstof zorgt voor een ..
Kalium voor planten
Kalium versterkt de wortels van je planten. Het draagt bij aan de algehele weerstand van je planten tegen schimmels, ziektes en plagen. Zo zijn je planten minder vatbaar voor extreme (hoge of lage..
Fosfor voor planten
Fosfor zorgt in de basis voor een goede energievoorziening bij de plant. Zo draagt fosfor bij aan de groei van de wortels. Ook de ontwikkeling van sterke bloem- en bladknoppen wordt voornamelijk d..
Welke grond voor de moestuin?
Welke grond gebruik je voor een moestuin? Biologische moestuinaarde uit zakken werkt meestal wel goed. Wil je het echt geweldig doen, stel dan zelf je grond samen. Dit doe je aan de hand van de pl..
Koemestkorrels voor je moestuin
Het gebruiken van (gedroogde) koemestkorrels voor je moestuin kan veel voordelen hebben. Ze worden vaak gestrooid op gazons maar zijn ook heel geschikt voor de grond waar je groenten en fruit op k..
Zelf compost maken
Wil je zelf compost maken voor je moestuin? Het zelf maken van compost is makkelijk, maar lang niet alles kan even goed composteren. Wat je gebruikt om compost te maken bepaalt ook waarvoor je het..
Bestuiven van planten in je moestuin
Bestuiving is een heel belangrijk onderdeel van jouw moestuin. Zonder bestuiving krijg je geen tomaten, paprika's of pepers, meloenen, aubergines, watermeloenen, sopropo's en andere vruchten. Veel..
Kalk voor planten
Kalk verbetert de bodemstructuur. Ook maakt kalk de bodem minder zuur, waardoor voedingsstoffen door sommige planten beter worden opgenomen. Kalk is niet geschikt voor planten die van een zure gro..
Wat is mulchen?
Wat gebruik je om te mulchen? Waarom zou je mulchen, en wat is mulchen precies? Mulch is een laag organisch materiaal afkomstig van planten, op de grond in je (moes)tuin. Mulchen is het toevoegen ..
Groenbemesters gebruiken
Wat zijn groenbemesters en waarom wil je groenbemesters zaaien? Een groenbemester zaaien we om de bodem te verbeteren, voedzamer te maken en zelfs om onkruid te drukken. Groenbemesters hebben bijz..